Tegen 2050 moeten onze huizen en appartementen energielabel A dragen. En dus zullen eigenaars ingrijpend moeten renoveren. Ze kunnen zich daarvoor baseren op een simpel stappenplan. Maar wie het drastischer wil aanpakken, gaat voor energieneutraal en bouwt een huis dat evenveel of zelfs minder energie verbruikt dan het produceert. Dit zijn vijf van zulke woningen van de toekomst.
Het woningpark waar onze overheid en Europa naar streven bestaat dus uit huizen en appartementen met energielabel A. Dat betekent dat ze een energieverbruik hebben onder de 100kWh per vierkante meter per jaar (E100). De meeste woningen zitten daarboven. Om daar verandering in te brengen, gelden er sinds 2006 energienormen die stapsgewijs verstrengd en uitgebreid zijn.
Zo moet wie vandaag nieuw bouwt onder de E30 blijven. Wie een grondige renovatie uitvoert waarvoor een vergunning nodig is, mag niet boven de E60 uitkomen. Zulke woningen krijgen dan, na controle, allemaal een energielabel A. Een verbruik onder de 0 - in dat geval wordt er meer energie opgewekt dan geconsumeerd - staat gelijk met het label A+. Tussen de 100 en 200 kWh/m² is dat label B, tussen de 200 en 300 kWh/m² label C en zo gaat het verbruik voor elke volgende letter met 100 naar omhoog. Huizen die boven de 500 kWh/m² per jaar eindigen, krijgen automatisch het F-label, wat staat voor erg energieverslindend.
Stappenplan
Het zijn oudere huizen die een slechte score halen en dat wordt ook zo gecommuniceerd in het energieprestatiecertificaat, dat al een poos verplicht is bij een verkoop. In dat document staat de pijnpunten en ook aanbevelingen om de energiescore op te krikken met daarbij een indicatie van de bijhorende kosten. Wie sinds dit jaar vastgoed aanschaft met energielabel E of F, moet dat ook binnen de vijf jaar verbeteren naar naar minstens D. Eigenaars die geen idee hebben van hun energiescore of op eigen houtje al energiezuinige maatregelen namen, kunnen via de EPC-tool van de Vlaamse overheid wel te weten komen wat het energielabel van hun of appartement zal zijn. Die gratis tool is online te raadplegen via energiesparen.be.
“Eigenaars die hun energiescore niet kennen of al energiezuinige maatregelen namen, kunnen via de EPC-tool van de Vlaamse overheid wel te weten komen wat hun energielabel zal zijn”
Björn Cocquyt, woonexpert van Het Laatste Nieuws
Aan de hand van een stappenplan geef je de volgende eigenschappen in: type van woning, oppervlakte, manier van verwarmen en van warm water produceren, de gebruikte vormen van hernieuwbare energie, de manier van ventileren, het dak- en vloertype en de mate waarin die geïsoleerd zijn, het isolatiepeil van de muren en de soort beglazing. Als die parameters zijn ingevuld, ontvang je een indicatief energielabel.
Wie in een doorsnee rijwoning woont dat licht geïsoleerd is - 3cm in de muren en vloeren en 5cm in het dak -, over dubbele beglazing beschikt, geen ventilatiesysteem heeft en verwarmt met een condenserende ketel op aardgas leert dankzij de tool dat zijn energieverbruik rond de 180 kWh/m² per jaar schommelt. Wat dus overeenstemt met energielabel B.
Effect voorspellen
Het handige is dat je nadien het effect kan voorspellen van verschillende energetische ingrepen die je kunt doorvoeren. Daaruit blijkt dat het helemaal niet onoverkomelijk is om, gespreid in de tijd en zonder al te zware ingrepen, het energielabel A te behalen. Wanneer er een dezelfde rijwoning van hierboven zonnepanelen worden geïnstalleerd, daalt het verbruik naar plusminus 150. Een matige isolate van het dak (14cm) en de gevel (7cm) brengt dat al terug naar 120. Door ook nog een hoogrendementsbeglazing te plaatsen kom je uit op 90 en voldoe je met een energielabel A aan de norm van 2050.
In theorie kan er nog verder gegaan worden, om zo het label A+ te bereiken. Maar dan zijn de investeringen niet meer in verhouding tot het rendement. Zelfs bij recente woningen die sowieso al over het energielabel A beschikken, is het niet zo eenvoudig om onder nul te duiden, tenzij er bijvoorbeeld nog ruimte is om extra zonnepanelen te installeren die eventueel gekoppeld worden aan een thuisbatterij. Wie naar een energieneutraal huis streeft, steekt daarom beter al tijdens de bouw een tandje bij (BCW)
De favoriet van Björn Cocquyt - Vivehof in Waregem
Vivehof in deelgemeente Sint-Eloois-Vijve is de allereerste energieneutrale wijk van de stad. Ze bestaat uit 24 geschakelde en 10 parkwoningen. Ze hebben een eenvormige architectuur om extra rust te creëren op het autovrije domein met gedeeld groen waar paden tussenlopen. Door de paarkeerplaatsen met carports en fietsenbergingen aan de rand onder te bregen, is er centraal meer open ruimte waar de huizen op uitkijken. Ze worden standaard afgewerkt met drie slaapkamers, twee bergingen en twee aparte toiletten. Sommige hebben voor een meerprijs van 8.000 euro, een extra verdieping die casco wordt afgewerkt en ingericht kan worden als bureau, speel- of hobbykamer. Er zijn nog 16 huizen beschikbaar. De opleveringen ervan lopen van half juni tot eind dit jaar. Omdat de stad zoveel mogelijk jonge gezinnen de kans wil geven een eerste nieuwbouwwoning aan te kopen, worden de gronden tegen verlaagd tarief aangeboden.
Ontdek de energieneutrale buurt van Vivehof
